Aquathermie vraagt lef

01 december 2021

Aquathermie

De potentie van aquathermie, het winnen van warmte en koude uit water, is groot. In theorie zou je er tot 50% van de gebouwde omgeving mee kunnen verwarmen. De praktijk is weerbarstiger en vraagt om nieuwe samenwerkingen en lef.

In december rondden de Unie van Waterschappen en STOWA, het kenniscentrum van de regionale waterbeheerders, hun gezamenlijke onderzoeksprogramma naar waterbeheer en regionale energiestrategieën (WARES) af. Sprankkracht coördineerde de onderzoeken naar aquathermie, energieopwek en -opslag. Wat bleek? Technisch gezien is er heel veel mogelijk, maar om verdere opschaling van aquathermieprojecten te realiseren is de steun van overheden hard nodig. Nieuwe vormen van samenwerking vragen tijd en commitment. Financiering draagt soms nog onbekende risico’s met zich mee.

Effecten op waterbeheer

Voor waterbeheerders zijn vooral de effecten van de warmtewinning op het water van belang. Is de warmte afkomstig uit afvalwater, dan is het zaak van tevoren te berekenen of de afkoeling van het afvalwater effect heeft op de processen bij de rioolwaterzuivering. Dit blijkt in veel gevallen mee te vallen. Wordt de warmte uit het oppervlaktewater gehaald, dan moet je zorgvuldig bekijken hoe de koudelozing die daarop volgt zich verhoudt tot het ontvangende water. In een grote rivier als de Rijn vermengt de koude zich relatief snel met het ontvangende water, voor kleinere wateren luistert het nauwer. Welk effect die koude vervolgens heeft op de aquatische ecologie, daar is nog aanvullend onderzoek voor nodig. STOWA, de Unie van Waterschappen, Rijkswaterstaat, onderzoeksprogramma WarmingUP en diverse waterschappen maken hier werk van.

Meer weten? Lees de artikelen in vakblad Waterforum en Het Waterschap, waarvoor Jacqueline als programmacoördinator geïnterviewd werd.

Illustratie: Ronald van der Heide in opdracht van STOWA